Met dank aan Wielerverhaal/Luc Vandevenne
Toen we jullie onlangs het nieuwe BLUE-sportcentrum net over de grens in Eede voorstelden, vertelden we jullie dat het centrum er voor elke sporter wil zijn. Dus ook voor de fietser. Dat willen Claudia en Pascal bereiken door bikefitting, gericht sportvoedingsadvies en de juiste spiertraining. Maar omdat een renner het liefst van al op zijn fiets zit, hebben wij alvast een fietsroute uitgetekend. 118 km langs de Belgisch-Nederlandse grens en doorheen Zeeuws-Vlaanderen.
Deze route leidt ons door de geschiedenis van Zeeuws-Vlaanderen. We merken hoe oude stadjes met elkaar verbonden zijn maar vandaag toch door een grens worden gescheiden. Brian van Goethem vatte het mooi samen toen we het tijdens een gesprek met hem over Zeeland hadden. “Dat is over het water”, zei hij. “Dit is Vlaanderen.”
Een heerlijk zonnetje verwelkomt ons aan het BLUE-sportcentrum in Eede. Wie nog wat bevoorrading nodig heeft voor onderweg mag best even binnenlopen en wat sportvoeding inslaan. Met enkele repen in onze zakken en sportdrank in de bidon gaan we op weg.
Vanop de parking draaien we weer richting België. Net voor we de grens weer overgaan, komen we aan de linkerkant voorbij het gebouw waar de Belgische sportvoedingsproducent Svensson, het bedrijf van Claudia en Pascal die nu dus ook het trainingscentrum BLUE opzetten, vroeger gevestigd was. Bij de fietshandelaar die er zijn intrek heeft genomen, kan je nog snel een binnenbandje halen.
Brugge en de Noordzee
Na korte tijd draaien we rechts het Schipdonkkanaal op. Vergis je niet: eerst steken we het Leopoldkanaal over en daarna pas draaien we naar rechts om het Schipdonkkanaal te volgen. Deze 2 kanalen lopen hier gedurende lange tijd parallel langs elkaar. Waar het Schipdonkkanaal een economisch belang had door de verbinding van Kortrijk via Gent met de Noordzee, was het Leopoldkanaal er vooral voor de afwatering. De Nederlanders sloten bij de onafhankelijkheid van België de oorspronkelijke kanalen immers af. Grote populieren geven de omgeving een eigen karakter en zorgen voor een koele schaduw.
Na zowat 18 km verlaten we het kanaal nabij Damme. Het pittoreske stadje met het mooie marktplein is een bezoekje meer dan waard. Daarna nemen we met plezier de Damse vaart die ons naar een ander pittoresk plaatsje brengt: Sluis. In een vroeger leven bouwde Sergio Herman hier naam en faam op, maar nu is het vooral een gezellige boel. De mooi bewaarde omwalling toont overigens het belang van Sluis in vroegere tijden aan. Het lag immers aan een, later verzandde, zijarm van de Schelde en vormde de verbinding van Brugge met de Noordzee.
Groede Podium
Wanneer we even later aan het Zwin komen, krijgen we een mooi beeld van hoe het er hier vroeger heeft uitgezien. Deze zeearm was de 1e verbinding van Brugge met de Noordzee. Met de verzanding kwamen er de voorhavens Damme, Hoeke en Sluis. En weer wat later de kanalen. Het brengt ons bij Cadzand. Dit vroegere eilandje (Kezand of zandplaat) is nu een bruisende badstad geworden en tijdens het weekend stroomt een horde toeristen naar het brede strand. We volgen het fietspad op de dijk. Een fietsbel op een racefiets staat niet mooi, maar hier kan je die bij zonnig weer goed gebruiken. Toch is het erg mooi om te fietsen en enkele kilometers na Cadzand is het alweer heel wat rustiger.
Kort voor Breskens draaien we richting binnenland. We doorkruisen het Groede Podium: een verzameling goed bewaarde bunkers die deel uitmaakten van de beruchte Atlantikwall uit de 2e Wereldoorlog. Door de zware begroeiing bleven de bunkers goed bewaard met onder meer originele tekeningen van de soldaten tijdens de oorlog. Wat verder doorkruisen we het mooie Groede. Weer een goed bewaard stadje dat de sfeer van vroeger nog in zich draagt. Dan draaien we weer naar het Noorden en al gauw rijden we langs de oevers van de Westerschelde. Aan de overzijde zien we Vlissingen liggen en in de verte bemerken we al enkele rookpluimen van de haven van Terneuzen. Hoewel we hier op een oeverversteviging in betonblokjes rijden, is het fijn fietsen. Maar dat kan ook aan de rugwind liggen.
Natuur en geschiedenis
In Hoofdplaat draaien we weer naar het binnenland af en via Biervliet – de naam maakt de belofte helaas niet waar – rijden we naar Hoek. We volgen gedurende een 5-tal kilometer de weg parallel aan de wat drukke Hoofdweg, maar nabij Hoek duiken we weer de rustige natuur in. Ondertussen rijden we voorbij een oude kreek die vroeger een verbinding naar de Westerschelde maakte. Ook komen we al enkele grenspalen tegen die her en der de scheiding tekenen tussen België en Nederland. In Philippine zitten de terrasjes afgeladen vol met mosseletende Vlamingen. Meteen voelen we ook een hongertje opkomen en steken gauw een Svensson-reep naar binnen. Maar die mosselen oogden toch verleidelijk.
De Sluisbeek is letterlijk de grens tussen beide landen en wanneer die overgaat in het Leopoldkanaal weten we dat het niet ver meer is. In Sint-Jan-in-Eremo doorkruisen we het prachtige krekengebied dat ook weer een restant is van een oude zeearm. Tenslotte is er nog Sint-Laureins waar de oevers van het Leopoldkanaal ons weer dicht bij Eede brengen. Een mooie rit. Zowel wat de mooie natuur betreft als de rijke geschiedenis die hier nog tastbaar aanwezig is.